De rechtbank Amsterdam heeft bij vonnis van 23 mei jl. (ECLI:NL:RBAMS:2018:3578) geoordeeld dat een bakkerij een boete van een kwart miljoen euro moet betalen aan Taartenwinkel.nl B.V., omdat zij taarten heeft geleverd aan concurrerende websites.
Taartenwinkel.nl B.V. exploiteert een website middels welke zij taarten aanbiedt en verkoopt. De bakkerij in onderhavige zaak is een groothandel in banketbakkersproducten. Tussen twee voornoemde partijen is in 2014 een “Opdrachtovereenkomst voor het leveren van producten” gesloten. De bakkerij verwerkte op grond van deze overeenkomst de bestellingen die derden hadden geplaatst (m.b.t. de betreffende taarten) op de website Taartenwinkel.nl.
In de tussen partijen gesloten overeenkomst van opdracht zijn onder meer de volgende bedingen opgenomen:
- Een exclusiviteitsbeding op grond waarvan opdrachtnemer (bakkerij) geen opdrachten mocht aannemen van of mocht leveren aan derden die gelijke of gelijksoortige bedrijfsactiviteiten ontplooien als Taartenwinkel.nl B.V., namelijk het online verkopen van taarten en het door heel Nederland leveren van deze taarten en gebak aan bedrijven en consumenten;
- Een geheimhoudings-/concurrentiebeding op grond waarvan opdrachtnemer zich verbond tot geheimhouding van o.a. financiële gegevens, klantgegevens en gegevens omtrent het logistieke proces;
- Een boetebeding op grond waarvan opdrachtnemer voor elke overtreding een direct opeisbare boete ad € 1.000.000,00 verbeurde en een boete ter hoogte van € 50.000,00 voor iedere dag dat de niet-nakoming of overtreding voortduurde.
Op een gegeven moment is het Taartenwinkel.nl B.V. bekend geworden dat de bakkerij tevens taarten leverde aan concurrerende websites. Taartenwinkel.nl B.V. heeft de overeenkomst als gevolg hiervan ontbonden, althans opgezegd en heeft de bakkerij gesommeerd om tot betaling van de boete, op grond van het boetebeding, over te gaan.
Nu de bakkerij niet vrijwillig is overgegaan tot betaling van de gevorderde boete, heeft Taartenwinkel.nl B.V. bij de rechtbank (o.a.) gevorderd om de bakkerij te veroordelen tot betaling van de verbeurde boetes ad € 2.000.000,00. Volgens Taartenwinkel.nl B.V. was immers sprake geweest van levering van taarten door de bakkerij aan twee verschillende concurrerende websites van Taartenwinkel.nl B.V. en hiermee zou het exclusiviteitsbeding tweemaal geschonden zijn.
De bakkerij heeft hiertegen een aantal verweren gevoerd. Aan een aantal verweren gaat de rechtbank redelijk snel voorbij. Het verweer van de bakkerij dat één van de twee vermeende schendingen niet als schending van het exclusiviteitsbeding valt aan te merken, volgt de rechtbank echter wel. Eén van de twee concurrenten betrof namelijk een supermarktketen, welke weliswaar online taarten verkoopt als extra service, maar die taarten kunnen alleen worden afgehaald en betaald in de winkels. Die taarten worden door deze supermarktketen dus niet door heel Nederland bezorgd aan consumenten en/of bedrijven en tot slot opereert deze supermarktketen niet door heel Nederland. Levering aan deze supermarktketen kan derhalve geen schending van het exclusiviteitsbeding opleveren. Daarin staat immers dat het moet gaan om: “(..) derden die gelijke of gelijksoortige bedrijfsactiviteiten ontplooien als Taartenwinkel.nl B.V., namelijk het online verkopen van taarten en het door heel Nederland leveren van deze taarten en gebak aan bedrijven en consumenten.”
Een ander verweer van de bakkerij hield in dat niet zij, maar de bakkerij van haar broer de betreffende taarten aan de concurrenten heeft geleverd. Aan dit verweer gaat de rechtbank voorbij. Uit verschillende feiten is namelijk gebleken dat de bakkerij wel degelijk taarten heeft geproduceerd en verpakt die bestemd waren voor concurrenten van Taartenwinkel.nl B.V.
Tot slot heeft de bakkerij aan de rechter gevraagd de boete te matigen. De rechter mag van zijn bevoegdheid tot matiging neergelegd in art. 6:94 BW slechts gebruik maken indien toepassing van het boetebeding zou leiden tot een buitensporig en daarom onaanvaardbaar resultaat. Hierbij dient de rechter te letten op alle omstandigheden van het geval, waaronder de verhouding tussen de daadwerkelijk geleden schade en de op te leggen boete, de aard van de overeenkomst, de inhoud en de strekking van het beding en de overige omstandigheden van het geval.
Bij de beoordeling van het verzoek tot matiging heeft de rechtbank (o.a.) overwogen dat:
- Er tussen partijen niet is onderhandeld over de inhoud van de overeenkomst. De overeenkomst is derhalve eenzijdig opgesteld;
- De schending van de overeenkomst enkel concreet is vastgesteld voor de levering van 1400 taarten waarmee een omzet van € 26.425,00 zou zijn gemoeid;
- Het onverkort toepassen van het boetebeding zou leiden tot het faillissement van de bakkerij.
Alles in ogenschouw genomen, is de rechtbank tot het oordeel gekomen dat toepassing van het boetebeding in dit geval zou leiden tot een buitensporig en daarom onaanvaardbaar resultaat en dat de boete dient te worden gematigd tot € 250.000,00.
Bent u voornemens om een soortgelijke overeenkomst op te stellen of te sluiten? Of bent u reeds partij bij een dergelijke voortdurende overeenkomst en heeft u hier vragen over? Neem gerust contact met ons op.
De inhoud van dit blog is algemeen van aard en er kunnen geen rechten aan worden ontleend. Indien u concrete vragen hebt of advies wenst, kunt u vrijblijvend telefonisch of per e-mail contact opnemen met mr. M.L. (Marlot) van Dokkum (Ondernemingsrecht en Insolventierecht) (vandokkum@cees.nl) of een van de andere ondernemingsrechtspecialisten van Cees Advocaten N.V